Inhoud
Lezen is tijdverspilling, zegt 42% van de Nederlandse jongeren
Samenvatting
Hoe kun je lezen voor plezier bevorderen? En waarom zou je dat doen? Hoe kun je lezen en schrijven aan elkaar koppelen? Op de LOWAN-vo studiedag (25 november 2024) gaf ISK-docent Suzanne van der Moore samen met Arfur Tegelaar en Frieda van den Hout van het ICE1 antwoord op deze vragen in een workshop met de titel 'Het bevorderen van lezen als vrijetijdsbesteding'. Lesredacteur Merel Borgesius bestudeerde onderzoek van de Stichting Lezen en geeft de praktijktips en voorbeelden van Suzanne.
Om te beginnen een opwarmertje. In de workshop stelde Suzanne een paar vragen over het lezen van fictie. Was het antwoord 'ja', dan moesten de deelnemers gaan staan en antwoord geven op de open vragen. Hoe geef jij als lezer antwoord op deze vragen?
- Lees je op dit moment een boek?
- Heb jij het afgelopen jaar (365 dagen) geen boek gelezen?
- Heb jij de afgelopen drie jaren geen boek gelezen?
- Is er een periode in je leven (geweest) waarin je las?
- Ben/was je gelukkiger als je leest? Waarom?
- Hoe voelt het om een fijn boek te hebben?
- Wat zijn/waren je leesplekken/momenten?
- Wat zijn/waren je leesmomenten?
Na dit opwarmertje sta je vast open voor wat theoretische achtergrond. Waarom zou je lezen als vrijetijdsbesteding willen bevorderen? Omdat leesgedrag en de leesvaardigheid positief met elkaar samenhangen, zoals onderzoek (Mol, 2010) laat zien. Naarmate kinderen ouder worden, wordt dit verband sterker. Dit blijkt uit een meta-analyse van 99 internationale studies. De resultaten suggereren een positieve spiraal, waarin het leesgedrag en de leesvaardigheid elkaar over en weer versterken.
Mensen die vaak (fictie)boeken lezen in hun vrije tijd zien hun leesvaardigheid stijgen. Als gevolg daarvan worden ze zelfverzekerder over hun leescompetentie, waardoor ze weer vaker gaan lezen in hun vrije tijd. Zo nemen hun tekstbegrip en woordenschat weer toe, waarna het leesgedrag weer intensiveert.
Mensen die vaak (fictie)boeken lezen in hun vrije tijd zien hun leesvaardigheid stijgen
Ook de update die Suzanne Mol in 2022 heeft gepubliceerd, een meta-analyse van 44 studies die tussen 2009 en 2022 zijn verschenen, bevestigt dat de ervaring met (voor)lezen positief samenhangt met de taal- en leesvaardigheid. Bij peuters en kleuters blijkt het verband met woordenschat het sterkst, gevolgd door ontluikende geletterdheid en fonemisch bewustzijn. Bij basis- en middelbare scholieren blijkt het verband met leesbegrip het sterkst, gevolgd door woordherkenning, woordenschat en basisvaardigheden. De ervaring met lezen blijkt bovendien positief samen te hangen met het leesplezier (zie ook afbeelding 1).2

Afbeelding 1: De positieve spiraal illustreert dat het leesgedrag en de leesvaardigheid elkaar over en weer beïnvloeden (bron: Stichting Lezen)
Lezen breidt woordenschat uit
Als je meer tijd besteedt aan het lezen thuis en op school, heb je kans om meer woorden te lezen. Een uur lezen per dag betekent het 'innemen' van vier miljoen woorden per jaar. Dat is ruim veertig keer zoveel als een minuut lezen per dag (zie tabel 1). Het lezen van een grotere hoeveelheid woorden vergroot dus de kans om de woordenschat uit te breiden (Stichting Lezen, 2025)!
Tabel 1: Relatie leestijd en gelezen woorden
| Aantal minuten per dag | Aantal gelezen woorden per jaar |
|---|---|
| 0 | 0 |
| 0,1 | 8.000 |
| 0,7 | 21.000 |
| 1,3 | 106.000 |
| 3,2 | 200.000 |
| 4,6 | 282.000 |
| 6,5 | 432.000 |
| 9,6 | 622.000 |
| 14,2 | 1.146.000 |
| 21,1 | 1.823.000 |
| 65 | 4.358.000 |
Bron: Stichting Lezen, 2025
Onderzoek jongeren en lezen?
Uit internationaal onderzoek uit 2023 in 97 landen blijkt dat Nederlandse jongeren internationaal het laagst scoren op leesgebied (Stichting Lezen, 2023). Een derde van de Nederlandse jongeren van 15 jaar kan niet voldoende lezen en heeft dus moeite met het meedraaien in de maatschappij.
Een ander feit: 14% van alle Nederlandse kinderen lijdt aan dyslexie, drie keer zoveel als in andere landen (5%). En misschien wel het lastigste feit om te accepteren: 42% van Nederlandse jongeren vindt lezen tijdverspilling (lStichting Lezen, 2025).
Lezen als vrijetijdsbesteding in ERK
Ook in het in 2022 uitgekomen Companion Volume van het ERK (Raad van Europa, 2022) is gelukkig ruimte gemaakt voor leesplezier en fictionele teksten. De ERKschaal (zie tabel 2) omvat zowel fictieve als non-fictieve teksten, zowel geschreven als overgebracht via gebarentaal. Dit kunnen creatieve teksten, verschillende vormen van literatuur, artikelen in tijdschriften en kranten, blogs of biografieën zijn.
Tabel 2: ERK-schaal voor lezen (Raad van Europa, 2022)
| A2 | Kan genoeg begrijpen om korte, eenvoudige verhalen en strips te lezen die over vertrouwde, concrete situaties gaan en waarin veelvoorkomende, alledaagse taal wordt gebruikt. |
| Kan de hoofdpunten begrijpen van korte verslagen of items in tijdschriften of gidsen die over concrete, alledaagse onderwerpen (bijvoorbeeld hobby's, sport, vrijetijdsbesteding, dieren) gaan. | |
| Kan korte verhalende teksten en beschrijvingen van iemands leven begrijpen die in eenvoudige taal zijn opgesteld. | |
| Kan begrijpen wat in een fotoverslag (bijvoorbeeld in een lifestylemagazine) gebeurt en zich een beeld vormen van hoe de personages zijn. | |
| Kan veel van de informatie begrijpen in een korte beschrijving van een persoon (bijvoorbeeld een beroemdheid). | |
| Kan het belangrijkste punt begrijpen van een kort artikel over een gebeurtenis die een voorspelbaar patroon volgt (bijvoorbeeld de Oscaruitreiking), mits het artikel duidelijk is opgebouwd en in eenvoudige taal is opgesteld. |
Lezen is méér dan een vaardigheid, het is een bron van rust, inspiratie en groei
Tips uit de praktijk
Het belang van lezen is duidelijk. Maar lezen is méér dan een vaardigheid, het is een bron van rust, inspiratie en groei. Juist op school kunnen we een cruciale rol spelen in het (her)ontdekken van leesplezier. Dat hoeft niet groots of ingewikkeld te zijn. Je kunt morgen al beginnen, zo zegt Suzanne van der Moore. Haar tips:
- Start met het omslag! Dat prikkelt de fantasie en doet een beroep op voorspellend lezen.
- Maak van lezen een dagelijks ritueel. Start elke dag met een vast leesmoment van twintig tot dertig minuten. Stillezen, samen lezen of voorlezen – kies wat past bij je klas. Het belangrijkste is dat het een herkenbaar ritueel wordt. Je kunt een korte, inspirerende video als opstart gebruiken zoals die van de Vlaamse leesboekenmaand (https://www.youtube.com/watch?v=a9rXuJhCphE). En je kunt extra sfeer maken door rustige muziek op de achtergrond te laten horen.
- Geef het goede voorbeeld. Wat jij als leerkracht doet, telt. Lees tijdens het leesmoment zelf mee: zo laat je zien dat lezen ook voor jou waardevol is. Lees zoveel mogelijk 'zichtbaar' als team: in de pauze of tussen de lessen door. Jouw voorbeeld werkt inspirerend.
- Betrek thuis erbij. Moedig leerlingen aan om thuis te lezen en bespreek met hen waar en wanneer dat fijn is. Geef mee dat 'je boek je beste vriend' kan zijn; een vriend die altijd klaarstaat. Stimuleer dat leerlingen thuis samen lezen of voorlezen: met ouders, broertjes, zusjes, in het Nederlands of in de eigen taal. Alle manieren zijn goed.
- Begin vanaf dag 1. Op de ISK/OKAN is lezen vanaf de eerste schooldag essentieel. Ook bij leerlingen die net starten. Voorlezen, samen lezen, woorden aanwijzen; het zijn allemaal bouwstenen voor taalontwikkeling én zelfvertrouwen.
- Geen uitstel meer: begin morgen. Wacht niet op de perfecte timing of het ideale plan. Kies vandaag nog een stapeltje boeken uit en begin morgen.
- Werk aan een schoolcultuur waarin lezen vanzelfsprekend én plezierig is.
Lezen en schrijven versterken elkaar
Suzanne koppelt in haar lessen lezen graag aan creatief schrijven. Door leerlingen actief te laten schrijven over wat ze lezen, wordt taal levendig en persoonlijk. Schrijven zorgt voor verdieping, creativiteit én betrokkenheid bij het boek. Bovendien werkt het motiverend: leerlingen worden zelf makers van verhalen. Haar tips:
- Laat leerlingen een verhaal afschrijven nadat je samen het begin van een boek hebt gelezen. Gebruik bijvoorbeeld het eerste hoofdstuk. Of: schrijf een 'hoofdstuk 0', waarin ze bedenken wat er aan het verhaal voorafging.
- Laat leerlingen een nieuw verhaal schrijven met dezelfde personages. Bedenk samen een dramascène of een filmscript met de hoofdpersonen en voer het uit in de klas.
- Toon een boekverfilming en geef er gerichte schrijfopdrachten bij. Zo wordt lezen iets wat verder leeft, in het hoofd én op papier.
- Schrijven in de praktijk: vanaf dag 1. Wacht niet met schrijven tot na het eerste thema of hoofdstuk. Begin er meteen mee. Start klassikaal met een gezamenlijke tekst, aan de hand van een afbeelding of korte dialoog. Schrijf in een schrift én op een laptop. Dat maakt verbeteren en herschrijven makkelijker. Zeg erbij dat ze voorzichtig met ChatGPT moeten omgaan: 'Ik wil joùw verhaal en taal lezen!'
- Laat zien wat er geschreven is. Fotografeer een bladzijde uit een schrift of toon een tekst op het digibord. Geef hardop en samen feedback: 'Bedoel je dit zo?' Op deze manier blijven leerlingen eigenaar van hun tekst.
- Taal is ook klank en schoonheid. Gebruik het nakijken niet alleen om fouten te vinden, maar ook om stijl en creativiteit te belichten. Wijs op mooie zinnen, grappige vondsten of sterke beelden. Werk geslaagde teksten uit, illustreer ze of maak er samen lees- of spelmateriaal van. Laat ze voordragen of naspelen.
- Maak er een feest van. Laat leerlingen meedoen aan schrijfwedstrijdjes: poëzie, korte verhalen, theater. Organiseer ook leesuitdagingen, zoals het maken van leesmeters of het bijhouden van een 'boekenscore'. Laat ook zien wat jíj schrijft, dat motiveert leerlingen enorm. Je kunt een fragment uit het NOS Journaal gebruiken over een challenge waarin kinderen uitgedaagd worden om 50.000 woorden te lezen (https://www.youtube.com/watch?v=bKded3IOuU).
- Stimuleer daarnaast het lezen en schrijven in hun moedertaal. Lezen in de thuistaal vergroot óók de woordenschat, en geeft zelfvertrouwen. In een filmpje is te zien hoe op een school in 33 talen wordt gelezen (https://www.youtube.com/watch?v=xaoCcTSM7-M).
Wanneer lezen en schrijven samengaan, ontstaat er een flow. Leerlingen zijn geconcentreerd, betrokken en creatief bezig, en vaak vergeten ze dat ze aan het leren zijn.
Wanneer lezen en schrijven samengaan, ontstaat er een flow
Ter illustratie een voorbeeld van een opdracht waarbij lezen en schrijven samen aan de orde kwamen. De leerlingen lazen Het verhaal van Tom (Van Caeneghem, 2023) en gebruikten de werkvorm de vijf W's (zie kader) om scènes te schrijven.
Ze schreven het verhaal uit en maakten er een film van.
De vijf W's
Wie: personages. Naam, leeftijd, karakter (herhalen bij meerdere personages).
Waar: locatie(s). Openbare of privélocatie.
Wat: doel(en) van de personages – het conflict. Wat willen de personages van elkaar?
Waarom: motief van de personages. Waarom willen ze dat?
Wanneer: tijd/moment. Jaar, jaargetijde, dagdeel.

Film op de ISK, gebaseerd op Het verhaal van Tom
Een ander voorbeeld is het verhaal met dialoog dat een leerling maakte aan de hand van de werkvorm de 5 W's met de titel Monica & Meneer Zweets.
Monica en Meneer Zweets – volgens de 5 W's
Wie:
Monica: De werkster. 18 jaar oud. Ze heeft een baby. Ze woont onder het huis van Meneer in de kelder met haar kleine baby.
Meneer: 50 jaar. Meneer Zweets. Dik. Rijk. Geen familie en hij is eenzaam. Hij drinkt veel. Zijn moeder heeft hem vroeger veel geslagen. Zijn vader was er niet.
Waar: In de huiskamer van Meneer Zweets. Hij heeft een groot huis in een klein dorp.
Wat: Meneer is heel gemeen tegen Monica en ontslaat haar.
Waarom: Hij is een beetje gek.
Wanneer: In de winter van 1830.
Monica en Meneer
(Monica is aan het schoonmaken in de grote kamer. Ze is moe, maar ze werkt hard. Meneer komt binnen. Monica schrikt.)
Meneer: Doe mijn schoenen uit. Nu!
Monica: Natuurlijk meneer.
(Meneer kijkt rond in de kamer.)
Meneer: Wat is dat?
Monica: Wat, meneer?!
Meneer: Je hebt niks gedaan.
Monica: Sorry meneer, ik was moe.
Meneer: Moe?
Monica: Ja, meneer.
Meneer: Je moet nu onmiddellijk alles schoonmaken. Je hebt tien minuten.
Monica: Ja, meneer. Natuurlijk meneer.
Meneer: En ik wil thee. En een koekje.
Monica: Natuurlijk meneer. Ik maak het meteen meneer.
(Meneer loopt de kamer uit. Monica begint zo snel mogelijk alles schoon te maken. Even later…) (Meneer komt weer binnen.)
Meneer: Monica waar ben je? Het is tijd. Ben je klaar met schoonmaken?
Monica: Ik ben hier en ik ben klaar.
Meneer: Heb je alles gedaan?
Monica: Ja, meneer.
Meneer: Waar is de thee? En het koekje?
Monica: Oh…! Ik ga nu maken.
Meneer: Wat zeg je?
Monica: Ik ga het nu maken.
Meneer: Je gaat het nu maken? Je hebt het nog niet gemaakt?
Monica: Nee meneer, ik moest schoonmaken. Eerst schoonmaken.
Meneer: Kom eens hier Monica.
Monica: Ja meneer.
(Monica loopt snel naar meneer.)
Meneer: Dichterbij.
Monica: Ja meneer.
(Ze doet een klein stapje naar voren en staat nu vlak voor meneer.)
Meneer: Je wilt geen thee voor mij zetten? Met een koekje?
Monica: Jawel meneer, natuurlijk meneer. Zal ik het …
Meneer: Nee, Monica, nu is het te laat.
Monica: O, maar ik wil graag…
Meneer: Ik denk dat jij helemaal geen kopje thee voor mij wilt zetten.
(Monica kijkt hem bang aan.)
Meneer: Ik denk dat jij ontslagen bent.
Monica: Meneer, ontslagen?
Meneer: Je verstaat mij goed Monica. Pak je spullen.
Monica: Ja meneer.
Meneer: Je kan vertrekken. Dag Monica.
Monica: Dag meneer.
Verder lezen?
Docentenhandleiding Begeleid diep lezen (Beukering, 2024). In deze docentenhandleiding wordt de gespreksmethode Begeleid Diep Lezen beschreven. Met deze methode, ontwikkeld voor de bovenbouw van het vwo, leren leerlingen in vijf lessen een leeshouding aan die het diep lezen van literaire teksten bevordert.
Referenties
- - Beukering, M. (2024). Begeleid diep lezen. Docentenhandleiding. Stichting Lezen.
- - Caeneghem, J. van (2023). Het verhaal van Tom. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren.
- - Mol., S.E. (2010). To read or not to read [Dissertation]. Department of Education and Child Studies, Faculty of Social and Behavioural Sciences, Leiden University.
- - Mol., S.E. (2022). Het belang van voorlezen en zelf lezen voor kinderen en adolescenten. Meta-analyse van het verband tussen (voor)leeservaring en leesvaardigheid. Stichting Lezen.
- - Raad van Europa. (2022). Gemeenschappelijk Europees referentiekader voor talen: Leren, onderwijzen, beoordelen. Aangevulde uitgave. Nederlandse Taalunie.
- - Stichting Lezen. (2023, 6 december). Kloof tussen sterke en zwakke lezers groeit. Lezen. www.lezen.nl/onderzoek/klooftussen-sterke-en-zwakke-lezers-groeit
- - Stichting Lezen – Leesmonitor. (2025). Waarom groeit de woordenschat door vrij lezen? Lezen. www.lezen.nl/onderzoek/ waarom-groeit-de-woordenschat-door-vrij-lezen
Noten
- 1.In dit artikel is het deel van de workshop dat verzorgd werd door Bureau ICE niet meegenomen. In hun bijdrage werden de leestoetsen uit de JIJ!-serie besproken, waarin lezen als vrijetijdsbesteding ook voorkomt. Zie www.bureau-ice.nl/ voortgezet-onderwijs/jij-toetsing-training-voor-isk-leerlingen/ toetsaanbod-pdf en www.bureau-ice.nl/nieuws/verhalenlezen-loont.
- 2.Deze tekst is gebaseerd op: www.lezen.nl/onderzoek/lezen-in-vrije-tijd-stimuleert-leesvaardigheid-en-vice-versa.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Wil je schrijven over jouw eigen lespraktijk? Voor Tijdschrift Les zijn we altijd op zoek naar publicaties over de NT2-werkvloer. Daarom zijn we op zoek naar docenten die – als de gelegenheid zich voordoet - voor Les willen schrijven.
LEES MEERSonnet-voor-El-K
Mieke de Haan is huisdichter van Les. Dit gedicht gaat over formeel of informeel taalgebruik: zeg je u of jij? Maar het gaat ook over de opstelling van stoelen en tafels in je lokaal. Staan die ook in een U-vorm? De lestip is om met je groep te praten over de beste opstelling in het lokaal en ook om het verschil tussen de aanspreekvorm je en u te bespreken.
Lees verderLekker ding
Les wil graag ruimte maken voor columnisten die willen schrijven over hun ervaringen in de NT2-praktijk. Niet voor niets staat de oproep om voor Les te schrijven op LesOnline. Deze keer in de rubriek Uit de praktijk, een column van Jenneke de Nerée over het wisselende gebruik van bepaalde woorden in het Nederlands.
Lees verder

