Inhoud

Groeien in geluk

Educatief Centrum voor volwassenen: iedereen kan meedoen
22 juli 2025

Samenvatting

Op 4 oktober 2024 werd het nieuwe onderkomen van EC-O in Amsterdam geopend. Dit educatief centrum biedt, in samenwerking met diverse partners, gratis mbo-opleidingen aan voor volwassenen zonder (juist) diploma. Lesredacteur Merel Borgesius wilde graag weten hoe ze dat doen en maakte een ronde door het gebouw. Waarom is deze opleiding nodig? Waar komen de financiën vandaan? Hoe ziet de begeleiding eruit? En wat vinden de studenten ervan? Een portret van dit opleidingscentrum dat op onorthodoxe wijze armoede bestrijdt, scholing propageert en persoonlijke ontwikkeling stimuleert onder de noemer 'leren om het zelf te doen'.

Trefwoorden

Opening nieuwe gebouw van EC-O

EC-O, dat nu zes jaar bestaat1, biedt opleidingen aan die aansluiten bij wat je wilt leren en voor sectoren waarin ook werk te vinden is. De opleidingen kunnen gevolgd worden met behoud van een eventuele uitkering. Het gaat om mbo-opleidingen in de beroepsbegeleidende leerweg (BBL). Dat betekent naast twee keer per week lessen volgen ook stage lopen of betaald werk verrichten voor zestien uur per week. Het volgen van de opleiding is gratis inclusief leenlaptop en lesboeken. Reiskosten voor het ov worden vergoed. Vereiste: motivatie en taalniveau op A2.

De lessen worden gegeven door docenten van ROCvA en Talland College. Studenten worden door diverse deskundigen begeleid. Elke student wordt gekoppeld aan een vertrouwenspersoon die kan helpen bij problemen. Op dit moment bedient EC-O zo'n 130 studenten.

Mijn bezoek start met een gezonde lekkere maaltijd in de huiskamer (lees kantine), gemaakt en uitgeserveerd door stagiaires die bij EC-O hun stage doen. Studenten, staf, docenten en ondersteuners zitten allemaal door elkaar aan lange tafels en zijn geanimeerd met elkaar in gesprek. Dat ga ik ook doen.

Integrale aanpak, hoe ziet dat eruit?

Met uitzicht op water en het spoor, spreek ik Nooshi Forozesh, oprichter en directeur van EC-O. Zij licht toe waar haar centrum voor staat: een centrum waar volwassenen gratis een opleiding kunnen doen middels een integrale aanpak waarin de persoon centraal staat. 'We willen niet alleen een opleiding aanbieden maar we willen ook ontzorgen. Dus reiskosten vergoeden, geen inschrijvingskosten, ondersteuning waar nodig. Daarnaast zetten we in op een gezond leven, door op de lesdagen een warme maaltijd te serveren en door de inzet van vertrouwenspersonen. En we besteden aandacht aan burgerschap specifiek voor volwassenen. Ook verzorgen we met andere partners extra cursussen rondom taal, opvoeding en solliciteren.'

Ontzorgen of pamperen? Hoe committeer je de studenten?

'We willen dat doen zonder op de stoelen van de hulpverleners te gaan zitten. We willen de deelnemers laten groeien. We werken toe naar een leerling die zegt: "Ik doe het zelf." Concreet: "Ik kan naast je zitten maar jij belt." We zoeken naar een balans tussen ontzorgen en eigen verantwoordelijkheid.'

Ik kan naast je zitten maar jij belt

'We vinden het belangrijk dat iedereen kan meedoen, daarom bieden we opleidingen en stageplekken aan, juist aan mensen die moeilijk aan betaald werk komen, maar die zich graag willen ontwikkelen en willen werken! Ik zeg ook steeds tegen elke student: "Deze opleiding kost 15.000 euro per jaar en dat krijg je cadeau. Daarvoor verwachten we wel commitment, eigen verantwoordelijkheid en motivatie. Daar selecteren we op. Als je twijfelt niet doen." En we zetten in op sfeer. Het moet hier fijn zijn, je moet je thuis en ondersteund voelen. Heel belangrijk is dat de cursist weet: "Ik word gezien." Dat bereiken we onder andere door die warme maaltijden in de huiskamer die de saamhorigheid bevordert en waar geen hiërarchie heerst. En door kritisch te kijken naar de stageplaatsen. Ook kiezen we onze docenten en medewerkers erop uit.'

'Dit is tweede kans onderwijs. We richten ons expliciet op de doelgroep 27+. De mensen die geen studiefinanciering krijgen. Er zijn 1,2 miljoen mensen in Nederland voor wie deze opleidingen geschikt zouden zijn, dat is 1,2 miljoen onbenut potentieel.2 Zij krijgen geen kans door de ingewikkelde regelingen. Terwijl de werkgevers wel geïnteresseerd zijn. We willen investeren in mensen in wier potentieel nu niet geïnvesteerd wordt. Bijvoorbeeld omdat ze cultureel ergens anders vandaan komen, hun Nederlands niet goed genoeg is, of omdat het veel tijd kost om ze te begeleiden. En omdat stagiaires op mbo 1- en 2-niveau niet zo gewild zijn.'

We investeren in mensen in wier potentieel nu niet geïnvesteerd wordt

Hoe zijn de resultaten?

'We zijn begonnen als een pilot en hopen dat het structureel wordt. Dat doe je door de resultaten te laten zien. Zestig procent van onze studenten krijgt een baan. We hebben, vind ik, een kleine uitval tussen 7 en 12%. Maar dat is niet het enige wat telt. Moeilijker is te meten hoeveel gelukkiger je wordt. Daarom hebben we ook het boekje Groeien in geluk uitgebracht en is er de tentoonstelling Groeien in geluk op onze locatie. Hierin laten we zien welke groei de studenten hebben doorgemaakt en leggen ze uit dat ze gelukkiger zijn geworden door een opleiding te doen.'

Diplomauitreiking

Hoe financiert EC-O dit?

'We maken eerst een begroting waarin staat wat we gaan doen en willen bereiken. En dan zoeken we daar financiering voor. Tot nu toe kunnen we 60% van de financiering voor de opleiding dekken vanuit de gemeente. Tien procent halen we bij elkaar uit fondsen zoals het Oranjefonds, Stichting DOEN en Instituut Gak. En de resterende 30% komt uit eigen sociale ondernemingen. We zijn een leer-werkbedrijf en ook daarvoor krijg je subsidie. En we zitten om de tafel met andere leer-werkbedrijven. Zo draagt samenwerkingspartner zorginstelling Cordaan ook financieel mee. We exploiteren ook ons pand.'

'Je moet het zien als een satéstok: EC-O's werkwijze is integraal en raakt meerdere beleidsterreinen aan. EC-O rijgt alle financieringen aan elkaar, zodat we dit integrale programma kunnen bieden. Het is wel altijd weer zoeken naar geldbronnen, die je steeds opnieuw moet aanboren.'

Je moet het zien als een satéstok: EC-O rijgt alle financieringen aan elkaar voor dit integrale programma

Op welke manier houden jullie nog meer rekening met de situatie van de studenten?

'Vanaf het begin hebben we gekozen voor BBL, met stages, dan leer je het vak. We kiezen voor twee halve dagen school, anders lukt het niet voor onze deelnemers die nog andere rollen vervullen in hun leven, zoals zorgen voor het gezin.'

'We hebben goed contact met de re-integratieconsulenten van de gemeente Amsterdam. We hebben een samenwerkingsovereenkomst. Daarin hebben we afgesproken hoe wij voor de toestemming vooraf en de begeleiding tijdens en na afloop van de opleiding zorgen. Zij kennen EC-O goed, de studenten die een bijstandsuitkering of NUG-status (NUG = niet uitkeringsgerechtigd, redactie) hebben worden aan hen gekoppeld.'

'De studenten met een uitkering moeten toestemming krijgen van hun klantbegeleiders zodat ze met behoud van hun uitkering een opleiding (die ook langer is dan een jaar) kunnen volgen. De re-integratieconsulenten zorgen ervoor dat er voorafgaand aan de start van de opleiding al toestemming is.'

'Het is goed om te noemen dat de studenten met een uitkering bij EC-O een opleiding mogen volgen die langer is dan één jaar. Ze kunnen starten met een pre-entree en doorstromen naar mbo 1. Dit is anderhalf jaar, en daarna kunnen ze doorstromen naar mbo 2, dit is twee jaar. Dus dat is totaal exclusief herkansing drieënhalf jaar!'

Wat zijn de toekomstplannen?

'Het vak burgerschap willen we anders regelen. De lesboeken die we daarvoor moeten gebruiken zijn gericht op jongeren en niet zo geschikt voor onze volwassen doelgroep. Daarom ontwikkelen we nieuwe trainingen die relevant zijn voor de mensen die bij ons de opleiding doen, zoals interculturele opvoeding, sollicitatievaardigheden, werknemersvaardigheden, digitale veiligheid en ook uitjes, zoals een bezoek aan het Concertgebouw. Ook een keuzevak als Engels moet mogelijk zijn.'

'We bieden opleidingen aan in branches waar werk is. Nu zijn dat voornamelijk zorg en facilitair. Dat zouden we graag willen uitbreiden met technische opleidingen. Wie weet willen bedrijven dit betalen? Zo zouden we meer mannen kunnen aantrekken, maar ook vrouwen zouden in deze branche terechtkunnen.'

'Na een aantal jaren op deze manier gewerkt te hebben gaan we nu een nieuwe fase in. We willen ons project en onze knowhow overdraagbaar maken. Met hybride financiering hebben we een opleiding opgezet die meer is dan een mbo. Nu wordt het tijd om dit te verduurzamen, te verankeren en te bestendigen. Hoe binden we werkgevers aan ons project? Hoe financieren we structureel, hoe kunnen we nog meer mensen bereiken? Hoe kunnen anderen profiteren van de manier waarop wij werken en het (volwassenen)onderwijs vernieuwen? Wat we doen is binnen de regels de grenzen opzoeken. Voor ons is het duidelijk is dat je het samen moet doen en elkaar vertrouwen moet geven.'

Student aan het woord

Tijdens mijn ronde heb ik in een spreekkamer met mooi zonnig linoleum op de vloer, een langer gesprek met mbo 2-student Ewura Abena (47 jaar). Ze komt uit Accra, Ghana, haar moedertalen zijn Twi en Engels. Ze heeft twee dochters van 15 en 9 jaar. Sinds 1999 vertoeft ze in Nederland. Eerst woonde ze in Enschede, na haar scheiding kwam ze naar Amsterdam-Bijlmer. Daar wonen veel meer Ghanezen, dat was beter voor haar sociale contacten en ze kon daar Engels spreken. Ze woont nu met haar huidige partner en twee kinderen in Oost. En daar begon ze te denken over haar toekomst.

'Ik wil niet thuiszitten. Hoe lang kan ik zo blijven doorgaan? Ik wil iets doen. Ik ging naar de klantmanager en die zei: "Nee, je hoeft niet te werken, je hebt nog kleine kinderen." Maar ik WIL werken. Toen zag ik op het schoolplein een Nigeriaanse vrouw met een rugzak van EC-O om. Ik sprak haar aan: "Hé, waar ga jij naar school? Doe je een opleiding?" En zij gaf me een flyer. Ik dacht eerst: dat kan niet voor mij, want voor een opleiding moet je perfect Nederlands spreken en moet je geld hebben.

Ik dacht: dat kan niet voor mij, want voor een opleiding moet je perfect Nederlands spreken

Ik heb de folder vertaald met behulp van Google en zo ben ik hier op de intake gekomen. Ik heb een intaketoets gedaan en mocht na een half jaar beginnen met de pre-entree. Ik kreeg veel taalles, maar ook rekenen en digitale vaardigheden. En ik moest meteen stage lopen. Je leert op de pre-entree hoe je kunt leren, op welke manier je moet leren. Lang geleden heb ik in mijn eigen land steno en boekhouden gedaan. Maar hier in Nederland wil ik graag in de zorg werken. Het liefst met oude mensen. Het programma was heel goed voor mijn situatie. In de pre-entree had ik twee keer in de week school van 9.00 tot 12.00 uur en twee keer per week stage. Daar moest ik schoonmaken, de kok helpen. Ik leerde Nederlands door naar de mensen op de stageplek te luisteren.

Ik leerde Nederlands door naar de mensen op de stageplek te luisteren

Ik probeerde de nieuwe woorden te onthouden en ik vroeg het in de Nederlandse les. En ik zocht het op met Google. Ik haalde mijn certificaat voor de pre-entree en kon door naar mbo 1 en vervolgens naar mbo 2. Nu loop ik stage bij Cordaan, een grote zorginstelling. Op school krijg ik rekenen, taal, dienstverlening en digitale vaardigheden.'

Hoe gaat het op je stage?

'Het is de bedoeling dat je zelf een stage zoekt. Dat vond ik moeilijk. Gelukkig hielp mijn vertrouwenspersoon me hierbij. Mbo 1 duurde één jaar. En nu doe ik niveau 2. En dat is écht een verschil. Op mbo 1 helpt de docent heel veel, maar bij mbo 2 gaat het zo: de docent legt het één keer uit en dan moet je het zelf doen. Niveau 2: dat is echt school. Ik begrijp het wel. Je moet jezelf helpen.'

'Ik loop nu stage bij de dagbesteding. Daar komen mensen met dementie. Ik help hen naar de toilet, met jas aan en uit doen, ik let op hen. Ook op de werkplek is er goede begeleiding.'

'De combinatie met kinderen vind ik het moeilijkst. Gelukkig betaalt de gemeente voor de buitenschoolse opvang. Daarbij ben ik heel goed geholpen door een maatschappelijk werkster van welzijnsinstelling Dynamo Amsterdam.'

'Mijn doel is: diploma mbo 2 halen, dan werken en wie weet later nog niveau 3. Maar na niveau 2 eerst gewoon werken. Ik ben op mijn plek in de zorg.'

Ewura Abena heeft ook geposeerd voor de fototentoonstelling Groeien in geluk, waarbij veel studenten werden gefotografeerd aan het begin en het eind van hun opleiding
Fotograaf: David van Dartel

Op bezoek in de klas

Ik vervolg mijn ronde door het sfeervolle gebouw en loop bij twee lokalen naar binnen. Een entreegroep krijgt extra Nederlands. De cursisten krijgen les met een reguliere methode: Link. Die extra lessen worden ingekocht bij taalaanbieder TopTaal.

De andere groep waarbij ik op bezoek kom werkt met vacatures. Het is een onderdeel van het vak Loopbaan en burgerschap, en de les wordt gegeven door een docent van Talland College. Het is maatwerk, de cursisten werken met vacatures die passen bij hun richting. In deze groep zitten mensen met een profiel dienstverlening/zorg, horeca, retail en mobiliteit. Docent Surajni differentieert meestal met behulp van het carrouselmodel. Ze geeft aan een groepje instructie en laat hen daarna zelfstandig werken terwijl ze naar het volgende groepje gaat. Naast de burgerschapslessen worden er ook taal- en rekenlessen en beroepsworkshops gegeven. En in die workshop komt de vaktaal terug.

Terwijl de cursisten aan de uitwerking van de vacature-opdracht werken, voer ik een paar korte gesprekjes. De Portugeessprekende Andrea heeft de school gevonden via de socials en dacht meteen: dit is een mogelijkheid die ik met beide handen aan moet pakken. Ze werkte in een hotel. Ze wil graag meer contact met mensen uit de Nederlandse gemeenschap. Nu doet ze stage bij mensen die zorg nodig hebben, drie dagen in de week. Haar kinderen zitten op de middelbare school, daarom is het een goed moment om de opleiding te doen. 'Het is wel een druk leven.'

De Iraanse Sedigheh is pas dertien maanden in Nederland. Zij kwam hier terecht via een cursus bij NLtraining waar ze de folder had gezien. 'Dit was echt een grote kans voor mij om een diploma te halen om te kunnen werken in de zorg en in het sociaal werk. Ik loop stage bij de gemeente in Amsterdam-Oost. En doe dan taken bij het sportpark, of met kinderen op een basisschool.' Op haar stage komt ze moeilijke woorden tegen. Als voorbeeld noemt ze woorden als 'vriendschap' en 'ontwikkeling'. De betekenis daarvan vraagt ze aan haar stagebegeleider.

Dit was echt een grote kans voor mij om een diploma te halen om te kunnen werken in de zorg

Henok, uit Eritrea, is bij EC-O gekomen via de gemeente. Hij is nu negen jaar in Nederland. Tijdens zijn inburgeringstraject ging hij werken bij de fietsenmaker bij station Amsterdam Sloterdijk. Daar vertelde een collega over het belang van een diploma. Daarover is hij met zijn klantmanager gaan praten en zo is hij hier terechtgekomen. Hij loopt nog steeds stage in de fietsreparatiewerkplaats. Hij leert de nieuwe vaktaalwoorden zoals moersleutel en inbussleutel door gewoon te wijzen en te vragen 'Hoe heet dit?' En dan is het een kwestie van herhalen. 'Vroeger had ik er een boek voor, nu onthoud ik het gewoon. Ik wil heel graag een diploma. Want dit is mijn toekomst.'

Als laatste spreek ik met Seth. Een verlegen jongen afkomstig uit Ghana. Hij is twaalf jaar in Nederland en werkt in een supermarkt. Hij is door een docent uit het inburgeringstraject gewezen op deze entree-opleiding. 'Zorgen voor oude mensen is mijn passie. Dus ik wil een diploma en daarna gaan werken. Ik heb eerst de pre-entree gedaan. Daar kon ik vooral mijn Nederlands verbeteren. Ik loop stage bij Talent Movement. Daar komen allemaal mensen uit verschillende landen met andere culturen. Daar heb ik veel van geleerd. En werken op de computer was belangrijk voor mij. Ik kan nu zelf inloggen en goed typen. Ik praat met mijn buurman en op mijn stage alleen maar Nederlands. Mijn Nederlands verbetert elke dag.'

Erkend leer-werkbedrijf

Bij mijn ronde door het gebouw beland ik ook in de goed geoutilleerde keuken. Met een stevig schort voor, en druk in de weer met het schoonmaken van pannen, vertelt praktijkbegeleider Edna over de stageplek. EC-O is ook een erkend leer-werkbedrijf, wat betekent dat een aantal deelnemers hier hun stage kan doen. De werkzaamheden op deze plek zijn: gastvrouw of gastheer zijn, ruimten klaarzetten, evenementen voorbereiden, verzorgen van de warme lunch inclusief voorbereidingen en schoonmaak, en ook informatie geven aan geïnteresseerden.

Stagiaires aan het werk in de keuken van EC-O

Wat kom je zoal tegen als vertrouwenspersoon?

Even verderop in de huiskamer ontmoet ik Nicolette, in een eerder leven gepokt en gemazeld als coördinator en projectleider bij VluchtelingenWerk. Zij is vertrouwenspersoon en medeverantwoordelijk voor de werving van nieuwe cursisten. De twaalf vertrouwenspersonen zijn een groot pluspunt van EC-O. Elke student is gekoppeld aan een vertrouwenspersoon.

Een terugkerend punt is de kinderopvang

Nicolette vertelt wat er tijdens haar spreekuur voorbijkomt aan belemmeringen en oplossingen. Een terugkerend punt is de kinderopvang. Om dit te regelen kunnen ze een beroep doen op de eerdergenoemde re-integratieconsulenten van de gemeente. 'We proberen met name de moeders zoveel mogelijk tegemoet te komen in de kinderopvang. Zo zijn de lestijden aangepast waardoor ze niet een volle dag les hebben, maar twee ochtenden.'

Als vertrouwenspersoon krijgt ze ook veel vragen over reiskosten. Dat kan per doelgroep een ander antwoord opleveren. Voor iemand met een uitkering en NUG'ers worden de reiskosten vergoed door WPI (Werk, Participatie en Inkomen van de gemeente Amsterdam). Voor de mensen die niet onder deze regels vallen zijn er afspraken gemaakt met Regionaal Werkcentrum Groot-Amsterdam. Dus de regelingen kunnen nogal verschillen per student.

Een ander belangrijk punt: het zoeken van een geschikte stageplek voor de pre-entree. 'Daar helpen we echt bij en daarvoor hebben we afspraken met verschillende instellingen. Daarnaast komen we nog weleens tegen dat mensen de stage niet leuk vinden. Ook dan kijken we samen naar wat we hierin kunnen verbeteren. Iets wat daarmee te maken heeft: goed werknemerschap, dat is voor de beginnende cursisten nieuw. We leren de mensen in de les dat je je netjes moet afmelden als er iets is.'

Ze heeft ook gemerkt dat veel van de deelnemers moeite hebben met rekenen. 'Daarom geven we extra rekenles. En ik zoek nu bijvoorbeeld een extern rekenmaatje voor iemand, zoals je ook iemand aan een extern taalmaatje kan koppelen.'

Daarnaast krijgt ze veel vragen over financiën. 'Natuurlijk vragen over hoe ze beter rond kunnen komen. Maar ook mensen met schuldenproblematiek krijg ik op mijn spreekuur. Dat laatste is echt een taboe, mensen vinden het moeilijk om daarover te praten. Ik verwijs hen vaak door naar hulpverlening en/of naar projecten voor voedseluitgifte. Je begrijpt, die warme lunch bij ons is erg belangrijk. Er zijn mensen voor wie dit de enige warme maaltijd is.'

'Wat ik ook veel tegenkom zijn huisvestingsproblemen, met name bij gescheiden vrouwen die geen vaste woning hebben en veelal gebruikmaken van opvanghuizen. Maar we merken dat het echt moeilijk is om een woning te vinden. En als het niet lukt om in Amsterdam iets te vinden word je verplicht om buiten de stad iets te zoeken – waarna je niet meer kunt meedoen aan deze opleiding.'

'Wat tot slot een punt is: de armoedeval. Mensen kunnen een baan krijgen, maar verliezen dan hun uitkering en de toeslagen. Ze krijgen dan minder geld dan toen ze niet werkten. Dat maakt het wel erg lastig om voor die baan te gaan.'

'Ik zie dat het veel doorzettingsvermogen vraagt. We hebben studenten met opgroeiende kinderen en/of een baan voor wie de combinatie met de opleiding en de stage een uitdaging is.'

'Wat ik het leukste vind? Je ziet mensen helemaal opleven. Ze knappen helemaal op. In een half jaar zie je zoveel verschil. In taal en in houding.'

Speech van docent bij diplomauitreiking, op de achtergrond de fototentoonstelling 'Groeien in geluk'

De tentoonstelling Groeien in geluk is op de leslocatie te bekijken en op de website. Meer info is ook hier te lezen.

Noten

Print

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Laatste nummer

De winnaars van de Schrijfprijs NT2

Column

In zinnen. Volle zinnen. Poëzie in de NT2 klas

In zinnen. Volle zinnen. Poëzie in de NT2 klas
Grootmoeder

Mieke de Haan is huisdichter van Les. In deze column publiceert zij maandelijks een nieuw gedicht dat ze schrijft naar aanleiding van ervaringen van haar cursisten. Bij elk gedicht geeft ze ook een lestip.

Lees verder

Doorgestroomd

Doorgestroomd
Zelf publiceren?

Wil je schrijven over jouw eigen lespraktijk? Voor Tijdschrift Les zijn we altijd op zoek naar publicaties over de NT2-werkvloer. Daarom zijn we op zoek naar docenten die – als de gelegenheid zich voordoet - voor Les willen schrijven.

LEES MEER
Column
Enkel glas

Les wil graag ruimte maken voor columnisten die willen schrijven over hun ervaringen in de NT2-praktijk. Niet voor niets staat de oproep om voor Les te schrijven op LesOnline. Deze keer een column van ISK-docent Jaleena Hoogstraaten. Zij herkent de route van haar NT2-cursisten.

Lees verder